Ben jij net als wij ook zo gek op Italiaanse gerechten, maar heb je die pasta bolognese en pasta carbonara voorlopig wel gezien? Probeer dan eens deze originele Italiaanse pasta’s!
Pasta Fragaria
Verfrissend in de zomer: pasta met aardbeien! Is dat eigenlijk wel te eten? Ja hoor! Aardbeien zijn namelijk geen vruchten, maar schijnvruchten. Net zoals ananassen, tamme kastanjes en cashewnoten. Die kun je ook prima eten met pasta.
Voor vier personen: giet 120 ml room met 40 ml wodka in een pan en warm het voorzichtig op. Plet 150 gram aardbeien en voeg ze toe aan de pan. Als het mengsel warm is, voeg je nog eens 150 gram aardbeien toe. Als die te groot zijn, kun je ze doorsnijden. Laat de ingrediënten nog tien minuten sudderen en de pastasaus is klaar om op te eten. Tip: bestrooi de saus met Parmezaanse kaas!
Pasta alla Puttanesca
De letterlijke vertaling is “pasta als een vluggertje”, en die naam komt waarschijnlijk door de snelle bereiding. Toch zitten er veel verhalen achter deze pasta: sommigen zeggen dat gasten van een rendez-voushuis deze pasta eten om op krachten te komen, anderen beweren dat de kleuren van het gerecht overeenkomen met de kleuren van de dameslingerie. Ook wordt er verband gelegd met Yvette la Francese, een “dame van lichte zeden”, die dit gerecht zou hebben bedacht. Het is in ieder geval een makkelijke, originele pasta!
Voor vier personen: pel twee sjalotten en snipper ze in dunne halve ringen. Pak drie eetlepels steelkappertjes en hak ze grof zonder steeltjes. Snijd ook 75 gram zwarte olijven en 75 gram zoute ansjovis fijn. Ontvel zes tomaten door in de top een kruisje te snijden, ze twaalf tot vijftien tellen in kokend water te dompelen en ze vervolgens af te spoelen met koud water. Trek de schil eraf met een mesje en hak de tomaten grof. Verhit een scheut olijfolie in een ruime kookpot en voeg daar de sjalotten, kappers, olijven, ansjovis, tomaat en wat knoflook aan toe. Stoof alles ongeveer vijf minuten in de olie. Tip: doe wat bladpeterselie en Parmezaanse kaas over de saus!
Pasta Vongole
Een vongole is een schelp, een venusschelp om precies te zijn. Voor dit gerecht kook je de schelpen terwijl de weekdiertjes nog leven. Als je begint met koken zijn de schelpen dicht, maar in het warme water zullen ze openen. Als de schelpen van tevoren niet goed dicht zijn, kun je er een tikje op geven. Blijven ze dan nog open, gooi je ze weg.
Voor vier personen: laat een grote pan met deksel goed heet worden. Hak ondertussen een klein bosje bladpeterselie, vier knoflooktenen en tien kerstomaten fijn. Schenk vier royale scheuten olijfolie in de hete pan en doe er de knoflook, peterseliesteeltjes, tomaten en een of twee verkruimelde gedroogde Spaanse pepers bij. Roer goed, en voeg een kilo schelpen en 2,5 deciliter witte wijn toe als de knoflook bruin wordt. Het zal flink spetteren, daar had je die deksel voor nodig. Schudt de boel flink door elkaar. Na drie of vier minuten gaan de schelpen open, maar blijf nog even schudden. Tip: voeg de blaadjes peterselie op het eind, samen met de pasta, toe!
Eet smakelijk!
